Liefhebber:
Onderwerp:
Asse – Asse wordt bij het Pajottenland gerekend maar ligt onder de rook van Brussel. Er zijn talrijke archeologische vondsten gedaan die er op wijzen dat Asse, zoveel eeuwen terug, gelegen was aan een belangrijke Romeinse verbindingsweg. Een deel van deze originele Romeinse weg is nog steeds zichtbaar in de inkomhal van de Federale Politie van Asse.
Heel wat bekende Vlamingen hebben in Asse hun tenten opgeslagen zoals o.a. Sabine Appelmans... Ivan Sonck... Gilles De Bilde... Johan Boskamp... Thomas Kaminski... Emilio Ferrera... en staatssecretaris Paul De Keersmaecker.
In de nationale kampioenschappen 2013 werd Asse in de kijker gezet door vader Gustaaf (77) en zoon Jan De Bisschop (45). Zij werden zo maar eventjes 1e Nat. Kampioen Jonge Duiven K.B.D.B. en hadden ook nog de 3e en 6e Asduif Grote Halve Fond Jonge Duiven K.B.D.B. op de kooi. Zonder meer een knappe prestatie op nationaal niveau van een kolonie die nog maar aan haar tweede jaar bezig is op de grote halve fond.
Vader en zoon
Vader Gustaaf is een gepensioneerde bediende die de duivenmicrobe opdeed bij de peter van zijn echtgenote. Toen die ziek werd ging hij er de duiven verzorgen tot aan zijn overlijden. In 1978 is hij op zijn huidig adres met een handvol late jongen aan de duivensport begonnen.
Zoon Jan is warme bakker van beroep... nog altijd vrijgezel... en hij woont nog steeds bij zijn ouders. Hij stapte samen met vader in de duivensport en is momenteel de drijvende kracht achter deze succesvolle kolonie. Jan werkt steeds ‘s nachts in de bakkerij en dat levert hem vrij onregelmatige uren op maar vader Gustaaf springt bij in de verzorging van de duiven.
Hij laat de duiven trainen... reinigt de hokken... en voedert de duiven. In de namiddag neemt Jan dan het roer over.
Er werd gestart op de vitesse... eerst alleen Quiévrain... later ook Noyon. Van Noyon werd dan twee jaar geleden de overstap gemaakt naar de grote halve fond. Dit succesverhaal kende zijn voorlopig laatste hoogtepunt op het hoogste podium van de kampioenenhuldiging tijdens de nationale dagen in Oostende.
De basis
De basis van de kolonie De Bisschop wordt gevormd met nog hoofdzakelijk snelheidsduiven. De namen die daarvoor tekenden zijn Jef Vandenbrande, Hamme... Jef Debbaut, Baasrode... en Marcel Van den Broeck, Wolvertem. Marcel is ook zo’n beetje de mentor van Jan De Bisschop. Hij komt nog regelmatig op bezoek en Jan heeft van hem de knepen van het vak geleerd.
Een paar jaar terug kwamen er duiven bij van Louis Van den Eynde, Brussegem. Voordien werden er weinig of geen duiven bijgehaald en werd er in nauw familieverband gekweekt. De duiven uit Brussegem moesten dus zorgen voor een bredere kweekbasis.
Klassiek weduwschap
Het seizoen 2013 werd aangevat met 14 weduwnaars... 150 jonge duiven... en 24 koppels kwekers als basis. Afgelopen seizoen werd er alleen gespeeld met jaarduiven... en als jonge duif hadden zij in 2012 de 4 nationaals voor jonge duiven gevlogen.
De eerste koppeling vond einde maart plaats en na 8 dagen broeden werd er vertrokken op het weduwschap. Na 3 à 4 keer met de wagen op pad werden ze twee dagen na elkaar op Quiévrain gespeeld. Vervolgens werd het Noyon... Angerville... Blois... en de zware halve fond. Iedere week de mand in en wie dit programma niet aankon moest maar achter blijven. Van de 14 starters bleven er aan het einde van de rit nog 6 over !
Bij de inkorving komen doffer en duivin altijd samen. De duivinnen van de weduwnaars blijven altijd in afzonderlijke woonbakken opgesloten.
Zaterdag bij thuiskomst wordt er “Champion Plus” van Versele Laga gevoederd en is er druivensuiker in het drinkwater. Op zondag en maandag wordt er “Junior Plus” gevoederd met op zondag Sedochol en op maandag kruidenthee in het drinkwater. Op dinsdag 50 % “Junior Plus” + 50 % “Champion Plus”... en op woensdag en donderdag komt er 100 % “Champion Plus” in het voederbakje. In de loop van de week worden er aminozuren... Edele Olie... en vitamines over het voeder verstrekt.
Volgens Jan is het trainen van de doffers een belangrijk item in een succesvol weduwschap. Wanneer de weduwnaarsploeg boven de bomen (zuurstof) gaat trainen en wanneer ze daarna boven het hok als vuurwerk uiteenspatten dan zit het snor met de conditie. En Jan is ook een stevige “poeler”... en zetten doe je alleen maar op goede duiven die de conditie te pakken hebben !
Argenton B1 | 2903 jo | 1e get. 39e | 2e get. 136e |
La Souterraine B1 | 1993 jo | 1e get. 23e | 2e get. 6e |
Nevers B1 | 1785 jo | 1e get. 22e | 2e get. 18e |
Gueret B1 | 975 jo | 1e get. 292e | 2e get. 29e |
Jonge duiven
Er worden in 4 rondes zo’n 150 jonge duiven gefokt... alleen uit de kweekduiven. De eerste ronde eieren van de kwekers wordt verlegd onder voedsterkoppels. De tweede leg wordt door de kwekers zelf groot gebracht alsook de 3e en 4e ronde. Er wordt hoofdzakelijk gespeeld met de jongen van de 1e, 2e en 3e ronde. De eerste drie rondes worden ondergebracht op hetzelfde hok... de 4e ronde gaat op een afzonderlijk hok. De jongen worden gespeend aan de ouderdom van 24 dagen en de geslachten blijven samen tot de week voor Bourges II. Dan worden de jongen op de schuifdeur gespeeld.
Er wordt verduisterd van bij het spenen tot half juni... van 18 u tot 8 u ‘s morgens. Vanaf 21 juni wordt er bijgelicht tot 23 u ‘s avonds en vanaf 6 u ‘s morgens.
Bij het opleren worden de jongen 10 à 12 keer weggevoerd... in kleine stappen tot 30 km. Daarna volgen 2x Quiévrain... 3x Noyon... 2x Angerville... Blois... en vervolgens de nationale vluchten. Voor Bourges was er heel warm weer voorspeld en toen werden er maar 12 duiven ingekorfd. Op de andere nationaals werden er ca. 50 jongen ingekorfd. De duivinnen hebben bijna allemaal 6 nationale wedstrijden gevlogen... de doffers bleven thuis op de laatste twee nationale vluchten.
Bij de inkorving komen jonge doffers en duivinnen 1 u samen... en dat is het. Er worden weinig inspanningen gedaan om de motivatie van de jonge bende aan te zwengelen... de beste jonge duif was zelfs niet gepaard. Eens opgeleerd worden de jongen ook tussendoor niet meer weggevoerd. Bij thuiskomst van een wedstrijd blijven doffers en duivinnen samen tot maandagmorgen. De dag voor de inkorving staat altijd een bad gepland waarvan de piepers gretig gebruik maken.
Het voederschema van de jonge bende is hetzelfde als bij de jaarlingen. De jongen trainen tweemaal daags... en jongen die goed eten en goed trainen doen het goed op de wedstrijden is de mening van Jan De Bisschop.
Medisch
Voor het kweek- en vliegseizoen gaat men op controle bij de dierenarts en telkens werden er geen problemen vastgesteld met trichomonas of luchtwegeninfecties. Tijdens het vliegseizoen werd er om de twee weken 1 dag behandeld tegen trichomonas (Ronidazole) en 1 dag tegen luchtwegeninfecties (Soludox). De jongen krijgen per week 3 à 4 keer oogdruppels toegediend (dierenarts product).
Selectie
Volgens Jan De Bisschop komt het succes vanzelf... vertrekken met een goede basis en zo weinig mogelijk duiven bijhalen is de rechte weg naar het succes. Op een bepaald moment kom je in de problemen met te nauwe inteelt maar dan moet er uitgekeken naar de perfecte nieuwe inbreng.
Een beenharde selectie is de tweede pijler van het succes en die begint reeds op het kweekhok. Alle duiven op het kweekhok hebben minstens één eerste prijs (vitesse) achter hun naam staan. Wie op het kweekhok aan de slag wil moet naast een goede afstamming ook een knap palmares kunnen voorleggen. Van de 14 weduwnaars bij de start wisten slechts 6 hun verblijfsvergunning te verlengen. Van de 150 jonge duiven bleven er welgeteld 18 doffers... 24 duivinnen... en nog eens 5 duivinnen over die naar het kweekhok gingen. Het is de bedoeling dat er in 2014 met deze 24 duivinnen op het weduwschap zal gespeeld worden. Jan heeft nog wat vraagtekens bij deze voor hem nieuwe discipline maar je kunt er donder op zeggen dat er ook daar voor hem succes weggelegd is.
Welke duif ziet hij graag ? Zijn antwoord is voor de hand liggend... een duif met een uitstekend palmares ! Volgens vader Gustaaf is Jan wel een echte kenner... hij heeft een goed zicht op duiven... en hij keurt een duif op het gevoel. Zijn voorkeur gaat uit naar een duif met een zachte pluim en bij voorkeur goed gespierd. Alle andere kenmerken zoals in het boekje vermeld zeggen hem niks.
Maar we zagen de uitslagen op de vitesse en de kolonie De Bisschop is niet aan zijn eerste straffe stoot toe. Ooit speelde hij de eerste 17 prijzen op Quiévrain en ook in 2013 werden er heel wat eerste prijzen gespeeld. Maar bescheiden blijven is volgens hem de boodschap... want in de duivensport is het ieder jaar opnieuw presteren.
Montlucon Nat. B1 | 3721 jl | 1, 10, 11, 63, 68, 191, 249, 290,... (10/14) |
La Souterraine Nat. B1 | 1723 jl | 5, 10, 158,... (4/9) |
Blois | 167 jo | 1, 2, 3, 4, 5, 6, 9, 12, 13, 16, 17, 19, 21, 23, 24 (23/38) |
Salbris | 69 jo | 4, 5, 6, 9, 10, 11, 15, 16, 18, 20 (12/36) |
Bourges | 535 jo | 21, 26, 30, 33, 37, 76, 128 (7/10) |
Chateauroux | 309 jo | 4, 17, 26, 39, 40, 53, 56, 65, 81 (10/23) |
Argenton | 581 jo | 1, 2, 3, 5, 7, 8, 9, 10, 11, 13, 14, 16, 20, 23, 26, 35, 37 (37/62) |
FCD | 1204 jo | 1, 2, 3, 5, 8, 9, 10, 11, 13, 15, 17, 46, 50 (35/62) |
Zone B1 | 2903 jo | 1, 2, 3, 6, 12, 13, 14, 15, 17, 20, 22, 39 (37/62) |
Issoudun | 599 jo | 1, 2, 4, 8, 14, 30, 32, 34, 49, 50 (30/58) |
FCD | 1130 jo | 1, 2, 7, 15, 27, 62, 64, 66 (32/58) |
Zone B1 | 2655 jo | 3, 6, 18, 32, 81, 162, 165 (30/58) |
La Souterraine | 353 jo | 1, 2, 7, 8, 11, 12, 21, 26, 27, 28, 34, 36, 37, 39 (30/54) |
FCD | 873 jo | 2, 3, 10, 11, 15, 19, 36, 53, 55, 56, 72 (30/54) |
Zone B1 | 1993 jo | 3, 6, 23, 24, 29, 36, 75, 100 (29/54) |
Nevers | 331 jo | 2, 3, 5, 6, 7, 8, 20, 31, 32, 33, 36 (19/33) |
FCD | 704 jo | 8, 9, 11, 14, 15, 18 (17/33) |
Zone B1 | 1785 jo | 18, 19, 22, 27, 28, 34 (16/33) |
Gueret | 363 jo | 5, 21, 24, 28, 29, 34, 42, 44, 47, 55, 59 (17/28) |
FCD | 791 jo | 18, 64, 67, 75, 96, 112 (16/28) |
Zone B1 | 975 jo | 29, 112, 117, 292 (15/28) |
Het hok
Jef Sas... de opvolger van Herman Van Oystaeyen... heeft een schitterend hok in de tuin neergepoot. Voor iedere afdeling staat een volière waarvan alleen de voorkant open is.
Winter en zomer staat het raam open en kunnen de duiven zich naar keuze een plaatsje zoeken in de volière of op het hok. Volgens Jan is dat de gezond maker bij uitstek en naast een goede verluchting scherpt het bij de duiven ook de natuurlijke weerstand aan.
Het kweekhok
De beste vliegers gaan na een carrière van 4 jaar naar het kweekhok. Zoals eerder gezegd wordt er aan nauwe inteelt gedaan en de duiven van Louis Van den Eynde zorgden de laatste jaren voor een bredere kweekbasis.
Een topkoppel is ongetwijfeld de “B04/925” x “B04/043”. De “B04/925” groeide uit tot de stamvader van de kolonie. De “B04/043” werd de moeder van de 3e Nat. Asduif Grote Halve Fond jonge duiven.
Een ander basispaar is de “B11/564” x “B11/556” en zij werden de ouders van de 6e Nat. Asduif Grote Halve Fond jonge duiven.
Een uitstekend topkoppel is ook “B08/615” x “B10/372”... en zij werden de ouders van 1e Nat. Zone B1 Argenton en 3e Nat. Zone B1 La Souterraine.
Auteur: