Liefhebber:
Onderwerp:
Ingooigem – Ingooigem is een gemeente in het zuiden van West-Vlaanderen en wordt door de plaatselijke bevolking Yvegem genoemd. Iedereen die je naar het uithangbord van Ingooigem vraagt zegt volmondig dat dit maar één iemand kan zijn... en dat is Frank Lateur, alias Stijn Streuvels. Hij was de nieuwe wind die door de Nedelandse letteren waaide en hij liet zich inspireren door Emile Zola en Tolstoj. Hij werd dertien keer genomineerd voor de Nobelprijs Literatuur. Hoogtepunten in zijn omvangrijk oeuvre zijn o.a. “De Vlaschaard” en “Het leven en dood in de ast”.
Stijn Streuvels zocht een rustige plek waar hij zich ongestoord als schrijver kon ontplooien. Aan de grote weg, nauwelijks op een boogscheut van het dorpscentrum, kon hij een stuk grond kopen waarop hij zijn “lijsternest” bouwde. Tijdens zijn carrière kreeg Streuvels talloze onderscheidingen en werd “doctor honoris causa” aan meerdere universiteiten.
Voor de titel van Nationaal Kampioen Fond Jaarlingen 2016 mochten we richting Anzegem of de hoofdgemeente waarvan Ingooigem deel uitmaakt. De tandem Dewaele-Deseyn Ginette wist met brio deze vermelding binnen te halen.
Deseyn-Vandemeulebroecke
De tandem Dewaele-Deseyn wordt gevormd door Ginnete Dewaele en Ivan Deseyn. Beiden hadden reeds een verleden in de duivensport toen ze de handen in elkaar sloegen.
Ginette (76) en haar man Christiaan hebben 15 jaar met redelijk succes met de duiven gespeeld op hokken achter hun woonst. Vader Jozef Deseyn is in 1971 met duiven gestart en samen met buurman Simon Vandemeulebroecke vormden ze de tandem Deseyn-Vandemeulebroecke uit Vichte. Het was een tandem die hoge ogen gooide want met de 1e en 6e nationaal Limoges Jaarse (twee nestbroers) en 1e nationaal Narbonne oude duiven haalden ze in 1987 twee nationale overwinningen binnen.
Begin van de jaren tachtig kwam zoon Ivan Deseyn (Barry voor de vrienden) het duo aan het roer van deze succeskolonie vervoegen. Vader kwam in 1989 te overlijden en toen heeft Ivan nog drie jaar zelfstandig gespeeld.
Begin jaren negentig vroeg Ginette Dewaele aan Ivan om wat duiven op haar hokken te zetten. Eerst kwamen er 10 jonge duiven maar toen er in 1992 besloten werd om samen te spelen werd de kolonie verder uitgebouwd en werd er gespeeld onder de naam Dewaele-Deseyn.
De oude basis
De basis van de kolonie is in de eerste plaats gevormd met duiven van Deseyn-Vandemeulebroecke, Vichte en vooral met afstammelingen van topdoffer “Barry”. Later kwamen daar duiven bij van Ivan Bataille, Vichte (nu Deprez-Bataille, Zwevegem). Een duo dat al 6 provinciale overwinningen op zijn palmares heeft. Verder nog duiven van Omer Verbeke, Kuurne (nu Dubrul-Verbeke) ...Dirk Secember, Waregem... Eric Devlaminck, Hulste... Devlaminck-Vandecasteele, Hulste en Silvere Toye, Otegem uit de toppers “Zatopek” en “Goudklompje.
09.7 Nat. Limoges | 6946 d. | 143, 530 |
16.7 Nat. Jarnac | 3904 d. | 47, 162 |
30.7 Prov. Tulle | 1176 d. | 18, 50 |
Een formidabel seizoen
Ginette en Ivan komen aan de start van het seizoen met een ploeg van 35 weduwnaars en 50 jonge duiven. De 15 kwekers krijgen onderdak bij Ivan. De weduwnaars vliegen hun laatste wedstrijd uit Tulle en trekken daarna nog een ronde late jongen groot. De eerste koppeling heeft begin april plaats en doffers en duivinnen blijven 10 dagen samen. Ze komen niet met eieren en worden direct opgeleerd. De weduwnaars worden 1x zelf weggevoerd en gaan dan met de club naar Néchain (20 km). De oude weduwnaars gaan tweemaal de mand in voor Néchain, de jaarlingen 5 keer vooraleer ze de ingekorfd worden voor Arras. Daarna wordt het Clermont, Fontenay, Bourges en enkele duiven vliegen Barcelona en Perpignan.
Bij de inkorving krijgen de doffers hun duivin niet te zien. Bij aankomst van een wedstrijd blijven ze 1 u samen. Ook de duiven die dat weekend niet gespeeld werden krijgen hun duivin in hun nestvak.
In Ingooigem wordt er weduwschap zonder franjes gespeeld. In 2015 werd er ook sterk gepresteerd en Ginette en Ivan dachten dat ze nooit nog zo’n seizoen zouden spelen maar 2016 werd nog beter. De weduwnaarsploeg trainde formidabel... ze trokken een kwartier weg en kwamen jagend terug op één lijn van 15 meter breed. Daarna eventjes het dak raken en dan opnieuw wegstuiven. Het was mooi om zien en dat duurde het hele seizoen lang. Bij koud weer werd er alleen ‘s avonds een uur getraind. Vanaf mei werd er ‘s morgens en ‘s avonds een vol uur getraind.
De jaarlingen gingen om de 14 dagen de mand in en vlogen het programma Chateauroux, Argenton, Limoges, Jarnac, Libourne, Agen en Tulle. De oude duiven deden er nog Narbonne... Barcelona... en Perpignan bovenop. Tussen de grote fondklassiekers waren er 3 à 4 weken rust voorzien. Ginette en Ivan gaan met de kleine korf naar de wedstrijden maar spelen het volledig programma. De fond is voor hen hoofdzaak... op de grote fond zijn het meestal “probaties”.
Duivinnen op de nationaals
In drie rondes worden er 50 jonge duiven gefokt die op drie hokken onderdak krijgen. Ze worden gespeend aan 20 dagen en bij koud weer gaan er enkele duivinnen mee naar het hok van de jongen om ze door de eerste moeilijke dagen te helpen. De jonge bende wordt verduisterd van einde februari tot 21 juni. Daarna wordt er niet meer bijgelicht want het is de bedoeling de jongen volledig te laten uitruien. De geslachten blijven samen tot einde mei. Daarna worden de 1e en 2e ronde gespeeld op de schuifdeur.
Op hok drie worden 10 jonge doffers op weduwschap gespeeld met oude duivinnen. Half mei krijgen die een oude partner en mogen eerst 10 dagen broeden vooraleer het weduwschap begint. Bij de inkorving komen doffers en duivinnen dan 20 minuten samen... na thuiskomst van een wedstrijd blijven ze 1,5 u samen. Het weduwschap vergt meer werk dan de jongen spelen op de schuifdeur maar de jonge weduwnaars hebben het best gepresteerd.
Van het opleren van de jongen wordt er degelijk werk gemaakt. Ze worden 3x weggevoerd tot 3... 8... en 12 km. Daarna gaan ze 7 à 8 keer naar Néchain vooraleer ze de mand in gaan voor Arras. Daarna wordt het Clermont, Fontenay en Chateaudun. De jonge doffers worden niet ingekorfd voor de nationaals... de duivinnen moeten alle vier de nationaals doen.
Eens de jongen opgeleerd worden ze tussendoor niet meer weggevoerd. Ze trainen eenmaal daags op de middag. De duiven die op de schuifdeur gespeeld worden komen bij de inkorving een uur samen. Na aankomst van een wedstrijd blijven ze samen tot ‘s anderendaags. Er wordt niet gezocht naar bijkomende motivatie want de jongen krijgen bij de inkorving zelfs geen nestschotels.
De beste duivinnen die de nationaals gevlogen hebben vliegen einde seizoen nog de vier vluchten van de “Ronde van België”. Ze komen dan met een nestje en worden alle dagen weggevoerd tot 30 en 50 km en worden één voor één gelost.
Eenvoudig voedersysteem
De jaarlingen worden om de 14 dagen gespeeld en hun voederschema ziet er als volgt uit.
Van zaterdag bij thuiskomst tot en met dinsdag van de tweede week wordt het 2/3 sportmengeling + 1/3 gerst. Op zaterdag is er ook “Thuiskomst” (ontsmetting) in het drinkwater. Zowel op dinsdag van de eerste als van de tweede week gaat er kruidenthee in de drinkpot en wordt er eiwitkorrel verstrekt. Op woensdag en donderdag (inkorving) van de tweede week wordt er 100 % sportmengeling gevoederd aangevuld met een koffielepel cribbs maïs. Iedere dag worden er 4 soorten mineralen verstrekt en de weduwnaars krijgen iedere dag een snuifje verse grit in hun woonbak.
1e Nationaal Kampioen KBDB fond jaarse met 5 verschillende duiven 1e Kampioen jaarse Rekkem nat. vluchten 1e Kampioen algemeen Ingooigem-Anzegem oude, jaarse, jonge snelheid en halve fond 1e Kampioen jongen Ingooigem snelheid en halve fond 1e Kampioen Ronde van België Ingooigem jongen met 1-2-3-4 ing. (15 op 16) 2e Kampioen oude Ingooigem snelheid en halve fond 4e Kampioen jongen nat. vluchten Avelgem 4e Kampioen jongen West-Vlaams Verbond Asduiven jongen halve fond Ingooigem-Anzegem : 4e, 5e, 10e Asduiven jongen Ronde van België Ingooigem : 1e, 5e, 7e, 10e 4 vluchten alle 4 prijs elke vlucht Verbond Ingooigem-Anzegem : 1e jongen met 7 punten los, 4e jaarse en 5e oude |
Beperkt medisch
Het seizoen 2016 was niet alleen een uitschieter op de wedstrijden maar ook medisch was het een uitzonderlijk seizoen. Vorig seizoen was ook een meevaller maar toen moest er wel medisch ingegrepen worden terwijl afgelopen seizoen de medicijnkast op slot bleef.
Voor aanvang van het vliegseizoen ging Ivan met de duiven op controle bij de dierenarts en toen moest er niets ondernomen worden tegen de klassieke duivenkwalen. Toen de nationale wedstrijden er aankwamen werd dit onderzoek nog eens herhaald en weer waren alle duiven vrij van alle kwalen. Bij vertrek en aankomst van een wedstrijd krijgen alle duiven oogdruppels toegediend. Je kunt het maar voor hebben... medisch alles tiptop in orde en nationaal kampioen worden !
Ginette als “kuisfreak”
De oude en jaarlingen worden gespeeld op twee tuinhokken van samen 12 m dat onderverdeeld is in 4 compartimenten. Boven het washok is nog een hok van 7 m voor de jonge duiven dat piekfijn gereinigd is en dat al enkele maanden leeg staat. De tuinhokken hebben een pannendak met een aantal glazen pannen. Naast elke spoetnik is er een raam dat kan geopend worden wanneer er bijkomende verluchting noodzakelijk is. In het plafond voor de duiven is er een verluchtingstrook van 1 m breed.
De hokken hebben een plankenvloer die 2 à 3 keer per dag gekrabd wordt. Ginette is een echte “kuisfreak” en ieder strontje op het duivenhok is er eentje te veel. Van zodra de “Ronde van België” gedaan is wordt er gestart met de grote kuis en ge kunt er echt van de grond eten ! De duiven krijgen ook iedere dag een verse drinkpot.
Een strenge hygiëne is niet alleen een aangename omgeving voor melker en duif maar laat ook een degelijke controle toe. Iedere morgen wordt elke woonbak gecontroleerd en je ziet meteen wanneer er iets niet in orde is met de mest van een bepaalde duif. Deze wordt dan afzonderlijk gezet tot alles terug in orde is.
De goede duif
Ivan houdt van een duif uit de middelmaat die goed gespierd is en een zachte pluim heeft. Van een oude duif wordt verwacht dat ze minstens tweemaal per tiental vliegt en een kopprijs is zeer welkom. Van een jaarduif wordt hetzelfde verwacht alhoewel een jaarse toch wat meer respijt krijgt. De jonge duivinnen moeten goed presteren op de nationale vluchten... de jonge doffers moeten zich laten zien op de provinciale vluchten. Ivan heeft doorgaans rustige duiven maar bij duiven die van een lastige wedstrijd thuiskomen moet er vooral op gelet worden dat ze door de thuisblijvers niet uit hun woonbak “gerammeld” worden.
Het kweekhok
De 15 kweekkoppels zitten bij Ivan thuis en daarvan zitten er 4 in kweekboxen. De andere 11 zitten verdeeld over twee andere hokken. Een topkoppel is ongetwijfeld :
“Blauwe Pol” B11/3165542 x “Bataille” B11/3112701. Zij werden de ouders van
- “Willem” B12/3036228 met 8e nat. La Souterraine 11236 d... 14e nat. Tulle 5976 d... 52e nat. Poitiers 12379 d. Deze topdoffer werd verspeeld op Limoges.
- “Wietse” B12/3036227... hij is de nestbroer van “Willem”. Hij won 49e prov. Tulle 1028 d... 66e prov. Jarnac 712 d... 22e prov. Agen 799 d... 2e prov. Argenton 1266 d.
- “Mathieu” B15/3012514 met 44e prov. Chateauroux 4392 d... 64e prov. Chateauroux 5614 d... 3e prov. Argenton 3339 d... 164e prov. Chatearuoux 1159 d... 86e prov. Argenton 1907 d... 50e prov. Tulle 1176 d is eveneens een broer van “Willem” en “Wietse”.
ダウンロード:
Auteur: