GERARD & BAS VERKERK - Gouden Duif-winnaar Nederland 2024

Onderwerp: 

Over dominantie gesproken. Vader en zoon Verkerk zijn dit jaar - niet voor het eerst - de absolute uitblinkers in onze Gouden Duif-competitie in Nederland. Ze werden Gouden Duif-winnaar Nederland, Superstar van het jaar Halve Fond én Superstar van het Jaar Fond. Gelukkig was er Willem Wagteveld die met de trofee van Superstar van het Jaar Snelheid aan de haal gaat of vader en zoon Verkerk hadden alle prijzen weggekaapt. Mooi ook dat Wagteveld dit presteert, meteen zijn alle criticasters de mond gesnoerd dat tegen een hok als dat van Verkerk niets te beginnen valt. Wagteveld deed het, wat is uw excuus?

ZO WERDEN ZIJ...
GOUDEN DUIF NEDERLAND
HF 11/5 Pont-St-Maxence 32.341 d. 240, 187, 163 coëff. 1,82
F 29/6 Saulieu  9.702 d. 7, 18 coëff. 0,26
S 02/6 Grevillers 25.917 d. 23, 496, 225 coëff. 2,87
HF 20/7 Melun 2.941 d. 4, 44, 6 coëff. 1,84
F 28/7 Issoudun 23.412 d. 1, 2 coëff. 0,01
HF 10/8 Morlincourt 21.906 d. 262, 6, 324 coëff. 2,70
SUPERSTAR VAN HET JAAR HALVE FOND
HF 11/5 Pont-St-Maxence 32.341 d. 240, 187, 163 coëff. 1,82
HF 20/7 Melun  2.941 d. 4, 44, 6 coëff. 1,84
HF 10/8 Morlincourt  21.906 d. 262, 6, 324 coëff. 2,70
SUPERSTAR VAN HET JAAR FOND
F 29/6 Saulieu 9.702 d. 7, 18 coëff. 0,26
F 28/7 Issoudun 23.412 d. 1, 2 coëff. 0,01

Bas Verkerk kijkt bij het selecteren van zijn eerste getekenden enkel naar de cijfers. Laten wij dit dan ook doen om toch nog even extra in de verf te zetten hoe dominant hun prestatie dit jaar wel niet was. Ten eerste speelden ze dit jaar op twee namen, hierdoor moesten ze hun gespeelde uitslagen dus verdelen over twee hokken. 
Gerard en Bas winnen één van de meest felbegeerde beeldjes in duivenland maar liefst voor de vijfde keer. Tot voor kort moesten ze hun record van aantal overwinningen nog delen met Kees Bosua maar ondertussen zijn ze dus alleen recordhouder in Nederland. Ze behaalden afgelopen seizoen maar liefst zes vermeldingen. Leideman, Schwarte en Van de Merwe behalen er ieder drie, deze laatsten zijn echter ook geen platte pannenkoeken, dit is Nederlandse top.
Ze werden beide maanden Superstar van de Maand in de categorie fond en dus vanzelfsprekend Superstar van het Jaar met het maximale aantal punten. Even ter herinnering brengen, in juli deden ze dit door met hun getekenden maar liefst 1 en 2 te pakken tegen 23.412 duiven. In werkelijkheid was deze Issoudun-uitslag echter nog indrukwekkender, ze pakten namelijk de eerste drie duiven in dezelfde seconde.
In de categorie hafo was het pleit ook snel beslecht, als enige deelnemer behalen ze immers drie vermeldingen (het maximum aantal). Zo werden Gerard en Bas onze meer dan waardige Gouden Duif-winnaars Nederland 2024.
Een eenvoudige felicitatie, zelfs een respectvolle buiging volstaan hier niet. Wij zijn speciaal voor deze gelegenheid een nieuwe hoed gaan kopen om deze later te kunnen afnemen. Gerard en Bas behoorden al langer tot de galerij der groten van onze sport, maar stilaan worden ze er de conciërges.
Hij is weer aan het overdrijven met zijn loftrompet, hoor ik u denken. Wanneer de feiten zo onweerlegbaar, zo glashelder, overduidelijk zijn mag dit echter. Om het met de woorden van die andere bekende Reeuwijker te zeggen, “Ik mag dit zeggen want de cijfers geven mij gelijk!” 

De prachtige hokken in Reeuwijk, een groot contrast met het minihokje in Alphen a/d Rijn waar het sprookje ooit begon.
De prachtige hokken in Reeuwijk, een groot contrast met het minihokje in Alphen a/d Rijn waar het sprookje ooit begon.

In ons kerstnummer brachten we u reeds een interview met de Belgische Gouden Duif-winnaars Michel Lossignol en Geert Vlaeyen. De vragen voor hen werden bedacht door Bas en Gerard. Deze keer zijn de rollen omgekeerd en stellen we aan vader en zoon Verkerk de vragen die Michel en Geert uit hun koker toverden.
Wij dus naar Reeuwijk met een tas vol vragen en een autolading vol verwachtingen. Eigenlijk kan dit niet fout lopen: een gesprek met Gerard, een man die al meer dan zes decennia duiven in de vingers heeft, en Bas, volgens velen vandaag de dag de beste duivenmelker van de Lage Landen. 

Men noemt hem de Mozart van de duivensport, “hij kan dingen die anderen niet kunnen, hij ziet zaken die anderen niet zien”, “een tovenaar met duiven”, “simpelweg de beste”. Dit zijn niet mijn woorden maar woorden van duivenkampioenen die ik de laatste weken interviewde.
Velen zijn jaloers op het hok Verkerk, quasi iedereen gunt de mensen Verkerk echter hun succes. Ze zijn nooit naast hun schoenen gaan lopen en vader en zoon zijn gewoon twee sympathieke kerels met een hart voor duiven. Wij komen hier graag en niet enkel voor de heerlijke broodjes tijden de lunch. Hiervoor zorgt moeder de vrouw en ongetwijfeld is het een familietrekje, alles moet top zijn! 

DD: Eerst en vooral proficiat met jullie vijfde Gouden Duif-overwinning en jullie dubbele titel van Superstar van het Jaar.
Bas: Dank je. Je vroeg vorige keer al of dit went, nee natuurlijk went dit nooit. Zoiets winnen blijft fantastisch. De Gouden Duif blijft toch een van de mooiste dingen die je kan winnen als duivenmelker in België of Nederland. De wedstrijd is zo moeilijk, maar tegelijk ook zo eerlijk.
Daarom ook staan wij er nog eens op om Lossignol te feliciteren. Voor de tweede maal Gouden Duif België worden, dat is hele grote klasse! Leuk initiatief ook om ons vragen te laten stellen aan Michel en Geert en hen aan ons.

EEN PALMARES OM VAN TE DUIZELEN
5x Gouden Duif Nederland 2003-2007-2020-2021-2024
14x Olympiadeduif
28x 1e Nationale Asduif (geen dubbelingen)
29x 1e Prov. / NPO / (s-)Nationaal (geen dubbelingen)
219x top 10 NPO dagfond
Grootste serie provinciale lossing ooit: 1 t/m 33 – 13.649 d. Peronne

DD: Dan zullen we maar onmiddellijk beginnen met hun eerste vraag.
Michel & Geert: Hoe zou je als beginnende duivenmelker starten als je over een “normaal” budget zou beschikken? Bij wie zou jij je duiven halen en advies vragen?
Bas: Ik kan daar geen naam op plakken omdat dit voor iedereen verschilt. In mijn ogen koop je best een ronde bij regionale kampioenen, niet per se een commercieel hok. Wie goed uitslagen leest, vindt betaalbare duiven bij goede spelers. Het is belangrijk iemand kortbij te kiezen zodat je dan gemakkelijk eens kan langsgaan voor advies. Zeker in het begin is dit minstens even belangrijk als de duiven zelf.
Er wordt, mijn inziens, teveel gekocht puur op basis van stamboom. Dat is goed als je geld genoeg hebt. Indien je portefeuille niet diep genoeg is zoek je beter naar duiven zonder indrukwekkende stamboom, maar wel met prestaties, die zijn betaalbaar.
    
Michel & Geert: Jullie staan gekend als liefhebbers die hun duiven ongelofelijk kunnen laten pieken. Hoe krijg je dat voor mekaar?
Bas: Dat is denk ik een verkeerde perceptie. Op zich laten wij onze duiven niet pieken naar een bepaalde wedstrijd toe. Natuurlijk volgen ze het hele NPO-programma en is het wel zo dat onze duiven het best tot hun recht komen als het verder begint te worden, vanaf 500 km zeg maar. Het is echter niet zo dat wij de duiven laten pieken naar die vluchten toe, op die vluchten komen hun kwaliteiten gewoon het meest tot hun recht.
In principe proberen wij onze duiven het hele seizoen op een constant niveau te laten vliegen, maar natuurlijk komt dit er niet iedere vlucht even goed uit. Soms moeten er duiven mee onder omstandigheden die niet ideaal zijn, omdat het met de kalender zo uitkomt. Die vlucht is voor hen dan meer een oefenvlucht, ik verwacht ook niet dat ze super gaan zijn op die vlucht. De buitenwereld ziet dan, Verkerk heeft minder gepakt. Wanneer we dan de volgende vlucht goed spelen zeggen ze, ze hebben gepiekt naar deze vlucht toe, maar dat klopt dus eigenlijk niet.
Als je op een midfondvlucht tussen twee dagfondvluchten speelt, dan zijn de meeste concurrenten (duiven) gespeeld op een vitessevlucht op dezelfde dag als die dagfondvlucht. Als deze nog op zaterdag thuisgekomen zijn en de dagfond op zondag dan kan zo’n midfondvlucht ertussen wel eens tegenvallen en dat is heel begrijpelijk.

De afwisseling van de wacht, de jongen voor dit jaar. Bekijk ze nog eens goed, in de zomer komt u ze tegen waarschijnlijk ergens bovenaan de uitslagen.
De afwisseling van de wacht, de jongen voor dit jaar. Bekijk ze nog eens goed, in de zomer komt u ze tegen waarschijnlijk ergens bovenaan de uitslagen.

Michel & Geert: Hoe kies je de getekende duiven (1, 2 & 3) als je met een grote groep duiven deelneemt aan de wedstrijden? Als er elke week tientallen duiven uit die groep per honderd vliegen, lijkt dit voor ons een zeer moeilijke keuze.
Bas: Daar zit geen groot geheim achter hoor, eigenlijk gewoon puur op de cijfers. Ik kijk gewoon naar de resultaten die ze eerder vlogen, in het begin van het seizoen teken ik aan de hand van de resultaten van het jaar voordien. Puur op de cijfers dus. Nou ja... (begint te lachen)
Gerard: Je moet weten, we hebben hier onder mekaar onze eigen mini-competitie. Voor de vlucht geven we allemaal onze drie favorieten op. Onze vaste letter John van Laar is daar een absolute kei in.
Bas: Hij is hier alleen op zaterdag, dus hij ziet de duiven niet trainen door de week. Hij houdt met niets rekening, uiterlijk, afkomst, allemaal van geen tel, alleen de harde cijfers. Blijkbaar laat ik me toch al eens leiden omdat een duif een favorietje is of zo, want door zich puur te focussen op de cijfers heeft hij op jaarbasis vaker gelijk dan ikzelf. Zo’n grote specialist ben ik dus niet he. (lacht uitbundig)
Gerard: Bovendien worden alleen de eerste drie echt getekend, daarna is het gewoon in de volgorde dat ze aangegeven worden.

DD: Gerard, even een vraagje tussendoor. Vandaag de dag zijn jullie een wereldvermaard tophok. Velen beschouwen Bas als een van de beste duivenmelkers van het moment. Wat vond jij er indertijd van toen Bas besloot duivenprof te worden?
Gerard: Nou, wij waren daar helemaal niet happy mee en hebben dat proberen tegen te houden. (lacht) We zeiden heel de tijd, ga toch maar iets anders doen. Maar het was niet tegen te houden, het zat er al van kleins af aan in. Hij wist het ook altijd beter, als kleine dreumes al. (lacht)
Bas: En van wie zou ik dat hebben. Je moet weten dat zijn vader, mijn opa Willem dus, ook duivenmelker was. Pa was niet weg te slaan op het duivenhok. Omdat hij het als kleine van 7 jaar al allemaal beter wist dan opa is deze laatste er van ellende mee gestopt en is die kanaries gaan houden. (algemene hilariteit) Echt waar, letterlijk!
Gerard: (lacht) Ja dat klopt wel. Ook mede daardoor heb ik me er uiteindelijk toch nog redelijk snel bij neergelegd dat Bas duivenprof zou worden. Als ouder wil je natuurlijk het beste voor je kind, en vooral kies je altijd voor de veiligste oplossing. Je wil niet dat je kinderen risico’s nemen. Hij had een goed diploma (MEAO), een goeie baan en dan wil je niet dat hij iets gaat doen wat risico inhoudt.
Ik herinnerde me echter dat mijn vader er indertijd er ook tegen was dat ik zelfstandige (schoenmaker) ging worden. Dat vond hij ook teveel risico. Je moet ze als ouder uiteindelijk ooit loslaten en hun eigen beslissingen laten nemen, en dat heb ik dan uiteindelijk gedaan.

DD: Jullie zijn een van de bekendste vader-zooncombinaties in de huidige duivensport. Jullie zijn echter zeker niet de enigen. Wat maakt deze combinaties zo bijzonder?
Bas: Ik denk toch die familiale band die maakt dat je veel meer van mekaar kan hebben. Natuurlijk verschillen wij regelmatig van mening, wat je al wel gemerkt hebt tijdens dit gesprek. (lacht) Dat is normaal, we zijn andere individuen en er is een generatieverschil.
Stel je speelt samen met een vreemde, wanneer je dan te vaak van mening verschilt kan ik me voorstellen dat dit een probleem gaat worden. Van je vader, of omgekeerd van je zoon, pik je toch meer. Uiteindelijk blijven het dan ook maar duiven en de familiale band die je hebt is toch belangrijker.
Gerard: Wat ik er zo fijn aan vind, is dat hij mij scherp houdt. Ik ben nog altijd gedreven bezig met de duiven, maar wanneer je ouder wordt, vergeet je al eens sneller iets. Nou, dan is Bas er snel bij om me daar op te wijzen. (lacht)

Je moest knokken om tegen de groten op te kunnen

DD: Bas mag ook een antwoord geven, maar deze vraag is toch vooral voor Gerard. Je bent nu al meer dan zes decennia duivenmelker. Hoe heb jij de sport zien veranderen? Natuurlijk is het commerciëler geworden en daalt het aantal liefhebbers, maar hoe is het sportief veranderd?
Gerard: De mentaliteit is veranderd, alles moet gemakkelijk gaan en niks mag nog moeite kosten. Vroeger had ik zes koppels duiven boven de zaak, en dat was het, daar speelde ik mee. Die moesten ook door naar de dagfond. Natuurlijk neem je dan een risico maar je moet dat toch aandurven. Je moest knokken om tegen de groten op te kunnen en dat deed je dan ook, dat is toch de sport? Daar draait het toch om? Winnen tegen de besten.
Bas: Je mag niet bang zijn van concurrentie. Wij zijn blij dat mensen als Willem (de Bruijn) of Van de Merwe in onze afdeling spelen, daarvan word je alleen maar beter en je moet hierdoor scherp blijven. Natuurlijk kan je verliezen met sterke tegenstand, maar als wij winnen zijn we wel gewonnen tegen Willem de Bruijn. Dat is niet winnen tegen Janneke en Mieke, dan heb je iets bereikt, daar mag je fier op zijn. 

DD: In België zie je vaak dat mensen die heel lang enkel vitesse of KHF speelden de laatste decennia meer en meer overschakelen naar de (grote halve) fond of deze er toch zeker ook zijn gaan bijnemen. Belangrijkste redenen hiervoor zijn de grotere uitstraling van nationale vluchten, die vluchten zijn commercieel interessanter. Bovendien worden goede spelers op de kortere afstanden her en der uitgesloten van deelname. Is dit bij jullie hetzelfde?
Bas: Bijna eerder het tegenovergestelde. Ze gaan steeds meer in kleiner verband spelen. Ze willen winnen en dat dit tegen minder duiven is en tegen mindere tegenstand, dat vinden ze blijkbaar alleen maar goed, zolang ze maar eerst staan op de uitslag.
Gerard: Volgens mij is een deel van het probleem dat de duivensport steeds meer bestaat uit oude mannen. Ik mag dat zeggen want ik ben er zelf ook één. (lacht) Er zijn wel jonge spelers maar die hebben het dan te druk om naast hun baan en hun duivenspel er nog een bestuursfunctie bij te nemen. Gevolg: de sport wordt bestuurd door oude mannen en die houden blijkbaar van dat lokale spel.
Bas: Komen we weer bij dat vorige, ze willen de strijd niet aangaan, ze kiezen liever voor gemakkelijker succes.
Iets heel anders wat ook veranderd is. Er wordt tegenwoordig veel meer gekeurd, er wordt veel meer dan vroeger naar het uiterlijk van een duif gekeken. Hoe een duif eruit zag, dat was vroeger van geen tel. Zag ze er wat afwijkend uit dan kreeg ze misschien een gekke naam, maar verder kon het de melker alleen schelen hoe ze vloog.
Gerard: Het is ook zwaarder geworden voor de duiven. Er zijn ook veel meer verliezen dan vroeger.
Bas: Klopt. Vroeger had je een moeilijke vlucht en dan was de helft niet thuis ’s avonds. Dan mocht je een weekje op vakantie vertrekken en als je terug thuis was waren de meeste nog nagekomen.
Gerard: Alle duiven die nu de andere dag om 11u nog niet thuis zijn, die zie je nooit meer terug.
Bas: De sport is niet alleen veranderd, de wereld waarin de duiven vliegen is dat ook, de omstandigheden zijn veranderd. Het klimaat dat aan het veranderen is, meer stralingen en andere verstoringen, meer roofvogels, minder kleine veldjes waar ze even snel iets kunnen eten en ten slotte, vroeger had je veel meer kans dat ze binnenliepen bij een andere melker en je de duif nog terug kreeg. Die kans wordt nu altijd maar kleiner omdat ze bij minder hokken binnen kunnen lopen. Je ziet dan ook dat zelfs bij de marathonduiven de verliezen steeds groter worden.

Momenteel is het nog rustig op de vlieghokken, straks gaat hier ongetwijfeld weer geknald worden.
Momenteel is het nog rustig op de vlieghokken, straks gaat hier ongetwijfeld weer geknald worden.

DD: Waar halen jullie nog de motivatie om alle dagen het beste van jezelf te geven na het winnen van nationale titels, olympiadeduiven, verscheidene malen Gouden Duif enz.?
Bas: Tja, wat kan ik daarop zeggen? Je wil gewoon de beste zijn, je wil winnen. Dat is iets wat in je zit en dat gaat nooit echt over denk ik. Ik snap wel dat mensen soms stoppen met de sport. Zoals Gerard (Koopman), ik begrijp dat. Op zijn niveau komt er ongelofelijk veel meer bij zien, dat kan gaan wegen en ik kan snappen dat iemand dat op een gegeven moment beu is, ook grote kampioenen. Maar, zolang je speelt wil je winnen, daarom ben je ook al die jaren een kampioen geweest. Alles begint met het echt willen.
Gerard: Wat ik daarstraks al zei, dat is een kwestie van mentaliteit en die is blijkbaar aan het veranderen. Ik zei eerder al, ik blijf gedreven, Bas houdt mij scherp en dat vind ik goed. Ik wil blijven winnen. Zoals Bas zei, dat zit erin, die mentaliteit. Maar die instelling zie ik steeds meer verdwijnen. Alles moet gemakkelijk, zesjes zijn ook goed, zo kweek je geen winnaars, met die woke-mentaliteit!
Bas: Dat is de tijdsgeest zeker. Alles wordt ook maar op één hoopje gegooid. Een grote naam die wel degelijk vrouwen lastigvalt en een baas die streng is voor zijn ondergeschikten, dat noemt men allemaal ongewenst gedrag en machtsmisbruik en zo. Dat zijn echter twee totaal verschillende zaken. Of een trainer die te hard zou zijn voor de topsporters onder hem. Wat moet die dan zeggen? Ok, jullie hebben deze keer niet je best gedaan, volgende keer beter? Zo win je geen gouden medailles hoor!

Er is een groot verschil tussen de prestaties van een hok en de prestaties van een duif

Michel & Geert: De duivensport is de enige competitie waarbij amateurs en profs aan dezelfde wedstrijden deelnemen. Hoe houden we iedereen aan boord in de toekomst?
Bas: Wij begrijpen heel goed de frustraties van “kleinere” melkers en de lokalen, maar dit is een heel complexe materie. Het begint al met de vraag, wat is een prof? Er zijn genoeg voorbeelden van absolute toppers die geen duivenprof zijn. Echt opsplitsen lijkt mij dus niet te doen. De enige oplossing is in mijn ogen is met twee uitslagen werken, dat heb ik al vaker gezegd. Je kiest bij het begin 10 duiven en alleen die 10 tellen mee voor de kampioenschappen en hetzelfde doe je op een gegeven moment met de jongen.
De andere uitslag mag wel gebruikt worden voor asduiven en zo. Er is een groot verschil tussen de prestaties van een hok en de prestaties van een duif. Je kan een duif zijn uitslag toch niet ontnemen, zijn prestatie, die duif heeft dat gevlogen en dat mag beloond worden.
Bij ons in de afdeling tellen de resultaten die je zelf 1/10 speelt. Geef je 150 duiven af dan nemen ze het gemiddelde van je eerste 15 duiven. Geef je er maar 10 mee dan telt het resultaat van je eerste. Simpel en eerlijk lijkt mij. In de vereniging komen er van Willem en ons maar 10% op de uitslag. De rest zijn prijzen voor de overige leden.
De nationale kampioenschappen worden heel anders berekend. Dat system is veel minder eerlijk, maar vooral veel minder duidelijk en veel te ingewikkeld. Ik ken de juiste voorwaarden, maar 90% weet niet hoe het berekend wordt.

Tot zover het eerste deel van dit interview met de vragen die Michel Lossignol en Geert Vlaeyen aan Bas en Gerard wilden stellen. In het tweede deel stellen wij enkele vragen die de heren Verkerk hadden voorbereid voor Lossignol, aan de vraagstellers zelf.
Gerard verlaat op dit moment het gesprek. Wat melken met een journalist, allemaal leuk, maar de duiven moeten verzorgd worden!

Jullie vroegen Lossignol, als ze nog één bijproduct mochten gebruiken, welk zou dit dan zijn. Dezelfde vraag voor jou dus.
Bas: Wij geven zelf niet veel bijproducten... als grit/mineralen bijproducten zijn, dan dit, maar eigenlijk hoort dit op ieder hok en is het geen bijproduct. Dan houden we het op Forte Vita met Probac1000.
DD: Oké, kort antwoorden mag ook. Volgende vraag dan maar.

Er zijn meer slechte melkers dan slechte duiven

De betere liefhebbers zijn het er allemaal over eens dat goede duiven het belangrijkste is. Wat is volgens jullie de belangrijkste bijzaak om deze goede duiven te laten renderen? Een combinatie van meerdere bijzaken is mogelijk.
Bas: (begint hartelijk te lachen) Verdorie zeg, dat aan een ander vragen is gemakkelijk, maar daar zelf een antwoord op verzinnen, pfff... (lacht en denkt even diep na)
Dan kom ik toch uit bij “de liefhebber”. Er zijn veel zaken belangrijk om een duif te laten presteren en er zijn ook zaken die niets uitmaken. Uiteindelijk komt het altijd neer op, de melker moet het gezien hebben. 
Geef een prutser goeie duiven en hij zal nog altijd geen kampioen worden. Een steengoede melker zal ook geen kampioen worden met slechte duiven, maar hij zal er wel het maximale uithalen.
Daarnaast zijn de tijd en energie die een liefhebber in zijn hobby steekt natuurlijk ook belangrijk. Kijk, eerder in dit interview waren pa en ik soms misschien nogal hard met onze opmerkingen over dat je er alles voor moet willen doen. Natuurlijk moet dit niet! Ons antwoord is vanuit de optiek van topsport. Wie de top wil halen moet daar veel voor over hebben, maar het staat ieder vrij te kiezen hoeveel van zijn tijd, energie en ja, ook geld hij in zijn hobby wil steken. Je moet er dan wel niet van schrikken dat die liefhebbers die meer investeren in hun sport voor jou pakken. Dit leidt echter vaak tot frustraties bij deze mensen en daar zou het eerder besproken idee van twee uitslagen misschien verbetering in kunnen brengen. Al gaat men dan ook wel merken dat deze sterke hokken niet alleen maar winnen dankzij de hoeveelheid duiven die ze meegeven.

Je vroeg Lossignol waarom ze gestopt zijn met rijden met de duiven tijdens het seizoen? Waarom doen jullie dit niet?
Bas: Omdat je op die manier mijns inziens duiven forceert. Wij houden ze hier ook niet met een vlag aan het vliegen, dat is ook forceren. Alleen bij een echte rotvlucht, maar dat is max. 1 à 2 keer per jaar, durven we eens rijden. Met een rotvlucht bedoel ik dat ze veel te ver uit mekaar thuiskomen, als de duivin al uren op het hok zit vooraleer de doffer thuiskomt. Dan kan het gebeuren dat we 25 of zelfs 60 km rijden. Alles wordt dan wel gewoon gelijk gelost. Alleen de jongen worden bij het opleren in groepjes gelost.

DD: Je vroeg aan Lossignol: eerder heb ik gelezen dat jullie vaak duiven thuiskrijgen die te dorstig zijn. Nu ga ik er vanuit dat de KHF ook bij jullie inmiddels met twee nachten mand wordt vervlogen. Is dit nu beter geworden? (Zou te laat arriveren op een losplaats en snel daarna lossen funest zijn voor duiven?) Bij ons worden daarom alle vluchten verder dan 250 km (hart afdeling) ingezet op donderdag.

Mijn vraag is, zijn er in Nederland dan nooit lossingsproblemen en komen de duiven hier dan zoveel beter thuis?
Bas: Problemen kunnen er natuurlijk altijd zijn, maar op zich hebben wij vertrouwen in de verzorgers en de lossingsverantwoordelijken, daarom geven we in principe ook altijd mee. We rekenen erop dat als de omstandigheden slecht zijn, ze niet gelost worden.
DD: Bij jullie zijn ze zelfs extreem voorzichtig geworden met lossen, dit in verband met dierenwelzijn.
Bas: Klopt, en ik kan hen daarin wel volgen. Kijk, wij als melker kunnen wel denken, ja maar nu hadden ze toch perfect kunnen lossen, een duif kan daartegen. Dierenwelzijn en de huidige maatschappij in het algemeen houden onze sport echter met een vergrootglas in de gaten. Je kan dat niet leuk vinden, maar het is nu eenmaal zo. Daar kan je je best bij neerleggen.

Iedereen vindt de weg naar Reeuwijk. Op de foto ziet u Gerard (Joling), Bas en Gerard. De duif op de foto is “Gerard Joling”. Benieuwd welke Joling deze zomer het hardst gaat vliegen!
Iedereen vindt de weg naar Reeuwijk. Op de foto ziet u Gerard (Joling), Bas en Gerard. De duif op de foto is “Gerard Joling”. Benieuwd welke Joling deze zomer het hardst gaat vliegen!
 
Je laatste vraag aan Lossignol was: in Nederland staat er een herindeling van de afdelingen (provincies) op stapel (van 11 naar 5). Zou het voor België ook een optie zijn om landelijk nieuwe grenzen te bepalen?
Bas: In Nederland ben je lid van een club en daar korf je dan het gehele jaar in. Dus iedere week tegen dezelfde concurrentie in de club, samenspel, afdeling/provincie. In België kan men op veel plaatsen inkorven afhankelijk van het weer/de wind. In combinatie met de vorige vraag, zou dit in jullie ogen een verbetering of verslechtering in België zijn als het Nederlandse systeem gevolgd zou worden?

Twee vraagjes. Hoe sta je zelf tegenover die indeling en wat vind je zelf van het Belgische systeem vergeleken met het Nederlandse?
Bas: Op zich vind ik de indelingen wel oké, maar nog beter zou gewoon zijn, 1 land, 1 grote uitslag. Nu hebben ze het probleem van de grensgevallen. Ze gaan lijnen hertekenen om sterke spelers uit te sluiten. Daar hebben we het eerder al over gehad, ze winnen liever tegen minder duiven dan zich te meten met de beste.
Als je dan toch verdeelt, is het daarom beter om een natuurlijke grens te nemen, een rivier of zo, daar kan later je niet over gaan discussiëren en die kan je ook niet verschuiven naarmate het je uitkomt.
Wat de vergelijking België-Nederland betreft. Het systeem van je vast/verplichte inkorflocatie vind ik natuurlijk goed. Voor een Nederlander is het vreemd te horen dat er Belgen zijn die keuze hebben uit meerdere locaties en anderen dan weer niet. De één mag daar meespelen maar omgekeerd dan weer niet, dat soort zaken allemaal. Dan is ons systeem natuurlijk eerlijker, dat ziet een kind en het is ook veel duidelijker.
Wat beter is aan België zijn natuurlijk de vele nationale vluchten die jullie hebben, daarop zijn wij hier stikjaloers. Daarnaast hebben jullie ook veel meer keuze wat inkorven betreft. Specialiseren zoals bij jullie is hier al moeilijker omdat je dan gewoon niet veel kansen hebt om te spelen. Jullie hebben meer specialisten op bepaalde disciplines en ik denk dat onze duiven meer allround zijn, net omdat wij altijd een volledig programma vliegen. Onze asduif is 22 weken na mekaar meegegaan.
Zo heeft ieder systeem zijn voor- en nadelen. Wanneer een bepaalde vlucht niet goed past in je voorbereiding, of er waren problemen ofzo, dan hebben jullie alternatieven, jullie kunnen kiezen voor een iets kortere vlucht, die luxe hebben wij niet.

DD: Bas, om af te ronden. Je hebt al zoveel gewonnen in je leven, wat wil je graag nog bereiken?
Bas: (lacht) Dat heb je vorige keer al gevraagd, de eerste 10 pakken op een NPO-dagfondvlucht. We hadden er al eens 8 bij de eerste tien en vanuit Peronne wonnen we ooit al wel eens 1 t/m 33 van alles, maar die 10 op een NPO-dagfondvlucht is dus nog niet gelukt. Dat zou toch mooi zijn? En als dat ooit lukt dan gaan we voor de eerste 20 he! Altijd willen winnen, dat is de drijfveer!

HIGHLIGHTS 2024
(prijzen 1 op 3)
13.04.24 Bierges, 146 km, 4.243 d.: 1, 3, 4, 5, 6, 7 etc. (85x 1:10) 159/220
20.04.24 Prov. Quièvrain, 195 km, 33.131 d.: 7, 23, 24, 25, 45, 61, 68, 72, 73, 74, 79, 123, 124, 125, 126, 161, 164, 165, 178, 191, 196, 211, 213, 223, 224, 225, 237, 241, 243, 244, 245, 277, 278, 279, 280, 292, 300, 320, 322, 323, 326, 329, 330, etc, (137x 1:10) 179/219
27.04.24 Prov. oost Niergnies, 235 km, 12.721 d.: 1, 5, 6, 7, 8, 25, 26, 27, 115, 116, 117, 118, 119, 120, 124, 125 etc. (74x 1:10) 130/213
04.05.24 Prov. oost Grevillers, 254 km, 12.930 d.: 5, 6, 8, 15, 16, 33, 35, 40, 57, 59, 82, 84, 85, 86, 88, 110, 111, 115, 118, 123, 126 etc. (56x 1:10) 83/210
11.05.24 Prov. Pont-St.-Maxence, 340 km, 32.341 d.: 1, 7, 9, 17, 18, 36, 82, 91, 92, 93, 100, 121, 122, 123, 124, 163, 168, 187, 189, 193, 203, 233, 240, 241, 242, 243, 268, 294, 305, 315, 321 etc. (92x 1:10) 140/192
19.05.24 Prov. Grévillers, 254 km, 27.715 d.: 167, 202, 217, 247 etc. (88x 1:10) 131/175
25.05.24 Prov. Pontoise, 378 km, 24.339 d.: 4, 16, 93, 94, 132, 133, 169, 171, 194, 195, 198, 202, 231, 232 etc. (84x 1:10) 128/174
02.06.24 Prov. Grévillers, 254 km, 25.917 d.: 5, 7, 23, 24, 25, 27, 31, 37, 38, 108, 111, 112, 120, 159, 164, 185, 188, 225, 258 etc. (110x 1:10) 140/182
08.06.24 Prov. Melun, 405 km, 21.748 d.: 4, 5, 6, 7, 8, 10, 11, 14, 20, 22, 23, 24, 25, 26, 33, 34, 36, 47, 57, 59, 60, 61, 65, 66, 67, 68, 69, 70, 71, 72, 74, 112, 117, 119, 183, 205 etc. (104x 1:10) 137/156
15.06.24 NPO Issoudun, 599 km, 10.081 d.: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 15, 17, 55, 56, 57, 58, 59, 61, 62, 63, 64, 65, 67, 68, 72, 73, 74, 75, 76, 77, 78, 79, 91, 93, 94, 96, 97, 99, 100, 101 etc. (69x 1:10) 111/152
23.06.24 Prov. Fontenay, 467 km, 15.196 d.: 1, 2, 3, 4, 5, 9, 10, 11, 13, 14, 24, 25, 28, 29, 30, 31, 32, 39, 40, 41, 47, 48, 51, 53, 55, 56, 70, 71, 72, 73, 74, 75, 77, 85, 94, 107, 112, 123, 131, 137, 139, 142, 143 etc. (96x 1:10) 130/163
29.06.24 Nationaal S2. Saulieu, 531 km, 9.702 d.: 4, 7, 11, 12, 16, 18, 19, 20, 24, 25, 32, 33, 34, 38, 39, 54, 58, 70, 87, 89 etc. (50x 1:10) 72/130
06.07.24 Prov. Pontoise, 378 km, 11.052 d.: 4, 5, 11, 12, 15, 38, 39, 41, 55, 58, 60 etc. (42x 1:10) 69/87
14.07.24 National S2. Sainte-Maure-de-Touraine, 624 km, 9.256 d.: 2, 5, 7, 8, 12, 26, 27, 53, 58, 72, 73, 76, 77, 80, 81, 84, 85, 86, 87, 91, 93 etc. (60x 1:10) 92/124
20.07.24 Prov. oost Melun, 405 km, 2.941 d.: 4, 5, 6, 12, 13, 14, 15, 19, 21, 22, 23 etc. (48x 1:10) 85/132
28.07.24 Semi-Nat. Issoudun, 599 km, 23.412 d.: 1, 2, 3, 5, 6, 10, 19, 34, 64, 149, 175, 178, 222 etc. (47x 1:10) 74/119
10.08.24 Nat. Issoudun, 599 km, 16.803 d.: 12, 13, 18, 19, 73, 75, 76, 77, 78, 80, 81, 99, 101, 104, 105, 109, 131, 136, 137, 148, 149 etc. (65x 1:10) 88/120
Nationaal S2: 5.468 d.: 3, 4, 5, 6, 17, 18, 19, 20, 21, 22, 23, 27, 28, 29, 30, 32 etc. 28 prijzen top 100
10.08.24 Prov. NPO Morlincourt, 301 km, 21.906 jongen: 5, 6, 7, 8, 9, 10, 12, 30, 37, 40, 43, 76, 86, 144, 147, 148, 154, 191, 202, 203, 204, 207, 217 etc. (82x1:10) 108/155
17.08.24 Prov. oost Vitry-en-Artois, 225 km, 5.527 d.: 9, 10, 11, 15, 18, 20, 21, 32, 33, 35, 36, 37, 38, 39, 40, 42, 45, 48, 49, 50, 54 etc. (84x 1:10) 140/163
24.08.24 Quièvrain, 195 km, 2.001 d.: 8, 10, 12, 13, 18 etc. (51x 1:10) 116/139 
25.08.24 Prov. NPO Pontoise, 378 km, 15.250 jongen: 68, 69, 78, 84, 92, 93, 96, 109, 112, 122, 124 etc. (44x 1:10) 84/142
31.08.24 Vitry-en-Artois, 225 km, 1.833 d.: 1, 2, 3, 4, 6, 7, 9, 10, 11, 13 etc. (69x1:10) 125/150
Prov. oost 4.008 d. 1, 2, 3, 4, 6, 7, 9, 10, 11 (snelste van de lossing)
31.08.24 Prov. NPO Melun Reau, 409 km, 14.570 jongen: 4, 20, 36, 42, 44, 45, 53, 56, 67, 70, 77, 80, 93, 99, 113 etc. (51x 1:10) 70/125
07.09.24 Prov. NPO St. Soupplets, 361 km, 11.798 jongen: 3, 11, 17, 18, 19, 20, 24, 25, 42, 74, 75, 77, 79, 93, 105, 114 etc. (56x 1:10) 92/135
Prov. oost 5.262 jongen: 1, 5, 8, 9, 10, 11, 14, 15, 18 etc.
07.09.24 Prov. Niergnies, 235 km, 10.226 d.: 3, 4, 5, 7, 9, 10, 11, 13, 22, 25, 26, 27, 29, 30, 38, 41, 42, 44, 59, 60, 61, 62, 64, 65, 66, 67, 68, 81, 84, 92, 97, 99 etc. (88x 1:10) 113/122
Prov. oost 3.555 d.: 1, 2, 3, 5, 7, 8, 9, 11 etc
14.09.24 Prov. NPO Fontenay, 467 km, 10.293 jongen: 1, 2, 7, 8, 19, 22, 33, 45, 48, 52, 53, 54, 56, 58, 72, 91, 94 etc. (62x 1:10) 97/128

 

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.